Stel, je bent eigenaar van een distributiecentrum en één van je klanten gaat failliet. Je hebt nog een grote vordering op deze klant en zijn goederen staan nog in jouw magazijn. Wat kun je dan doen? Kun je dan tegen de curator zeggen: "Graag even afrekenen" als hij de goederen claimt? Dat kan! In dit artikel leg ik je aan de hand van een voorbeeld uit hoe dat werkt.

Een praktijkvoorbeeld
Een aantal van mijn collega's zijn naast advocaat ook curator, dus wij weten precies hoe het er in een faillissement aan toe gaat. Zo is een collega van mij onlangs benoemd als faillissementscurator van een onderneming die tuinmeubelen verkocht. De enorme voorraad die deze onderneming had, lag opgeslagen bij een distributiecentrum. We hadden al snel contact met dit distributiecentrum nu het de taak van de curator is om alle activa van de failliete onderneming te inventariseren en te verkopen.

In het eerste contact werd er direct aan ons medegedeeld: “Wij hebben openstaande vorderingen op de gefailleerde en doen een beroep op het retentierecht”. Oftewel: curator, graag even afrekenen! Om alvast een tipje van de sluier op te lichten, het distributiecentrum heeft alle openstaande vorderingen betaald gekregen.

In dit blog leg ik uit wat het retentierecht in faillissement inhoudt, wanneer je hier als schuldeiser gebruik van kunt maken en wat de curator kan doen bij een beroep op het retentierecht.

Het retentierecht
Het retentierecht houdt in dat een schuldeiser zijn verplichting tot het afgeven van een zaak aan de schuldenaar mag opschorten totdat zijn vordering is voldaan. Het schoolvoorbeeld dat vaak wordt gebruikt om het retentierecht uit te leggen is de garagehouder die de auto niet aan de klant hoeft af te geven zolang de factuur niet is voldaan. Een beroep op het retentierecht is dus een mooi pressiemiddel om een onbetaalde factuur betaald te krijgen!.

Het retentierecht is een wettelijk recht (artikel 3:290 e.v. BW) en hoeft niet tussen partijen overeengekomen te worden zoals dit bijvoorbeeld wel moet bij een eigendomsvoorbehoud. Zie over het beroep op eigendomsvoorbehoud de blog van mijn collega. Hoewel het retentierecht niet tussen partijen overeengekomen hoeft te worden kan een beroep hierop wel in een overeenkomst worden uitgesloten.

Tip: check bij een beroep op het retentierecht of er in de overeenkomst iets is opgenomen over het retentierecht of het opschorten van prestaties.

Faillissement schuldenaar
Wanneer de schuldenaar failliet is verklaard blijft het mogelijk om als schuldeiser een beroep te doen op het retentierecht (artikel 60 Fw). In dit geval dient het beroep te worden gedaan tegen de curator.

Om als schuldeiser een beroep op het retentierecht te kunnen doen moet er sprake zijn van:
  1. Een opeisbare vordering (bijvoorbeeld wanneer de betalingstermijn van de factuur is verstreken);
  2. Voldoende samenhang tussen de vordering en verbintenis;
  3. Feitelijke macht over de zaak.

Reken je als schuldeiser niet gelijk rijk bij een beroep op het retentierecht in een faillissement. De curator kan namelijk twee dingen doen.
Allereerst kan hij de openstaande vordering(en) van de schuldeiser die zich op het retentierecht beroept, ook wel retentor genoemd, voldoen. De retentor moet na betaling van de openstaande vordering(en), de goederen aan de curator afgeven. De tweede mogelijkheid is dat de curator de goederen bij de retentor opeist om deze vervolgens te verkopen. De retentor moet in dat geval de goederen afgeven zonder dat hij eerst zijn openstaande vorderingen betaald krijgt. Vis je hierdoor als retentor altijd achter het net?

Nee... Als retentor heb je in dit geval voorrang op de opbrengst van de verkochte goederen. De retentor dient als eerste uit de verkoopopbrengst te worden betaald, nog voor de belastingdienst, pandhouder of andere crediteuren. Op de verkoopopbrengst mogen door de curator wel algemene faillissementskosten in mindering worden gebracht en kan het dus zijn dat je als retentor minder of zelfs niets krijgt.

Tip: Wanneer de curator geen gebruik maakt van bovengenoemde mogelijkheden of niets (meer) van zich laat horen kun je als retentor de curator een redelijke termijn stellen waarbinnen de curator dient te bepalen wat hij met de goederen wil doen. Na het verloop van deze termijn mag de retentor, zonder dat hier een gerechtelijk vonnis voor nodig is, de goederen verkopen ter voldoening van de openstaande vorderingen.

Pandrecht
In de praktijk komt het regelmatig voor dat de goederen waarop het retentierecht wordt uitgeoefend zijn verpand. De pandhouder, veelal de bank, mag de verpande goederen buiten het faillissement om verkopen. Hierbij is het meestal zo dat de curator op verzoek van de pandhouder de verpande goederen namens de pandhouder verkoopt. Als de waarde van de goederen hoger is dan de openstaande vorderingen van de retentor, is het aannemelijk dat de pandhouder de vorderingen zal voldoen. Wanneer de goederen zijn verpand kan de positie van de retentor dus sterker zijn.

Zo ook in het faillissement van de eerdergenoemde tuinmeubelwinkel. Aangezien er ook hier sprake was van een pandhouder die de verpande goederen wilde verkopen werd er eerst afgerekend met het distributiecentrum. Een beroep op het retentierecht kan je als schuldeiser in dit geval dus soelaas bieden!

Wetsartikelen: 6:52 BW, 3:290 e.v. BW en 60 Fw.

Advies nodig?
Heb jij nog een openstaande rekening van een schuldenaar die failliet is gegaan en wil je weten hoe je het beste kunt optreden richting de curator? Neem gerust contact met ons op, wij staan achter u.